Armand Sağ
Link
 

 

Waarom de Armeense Kwestie?
   
 

Waarom de Armeense Kwestie?

Waarom heb je ervoor gekozen om over de Armeense Kwestie te schrijven?
De eerste keer dat ik over de Armeense kwestie schreef, kwam het simpelweg uit interesse. Het was in 2005, dacht ik. In dat jaar hoorde ik voor het eerst over de Armeense relocaties van 1915 op de Hogeschool van Utrecht (thans Hogeschool Utrecht) tijdens mijn propedeusejaar Geschiedenis. Enige onderzoek deed blijken dat er veel commotie was over dit onderwerp, toch weerhield dit de Nederlandse docenten op de Utrechtse onderwijsinstelling er niet van om te spreken over dit onderwerp alsof ze de waarheid in pacht hadden. Dit terwijl enige navraag liet zien dat er tientallen hoogleraren, professoren en onderzoekers waren die het oneens waren met de term ‘genocide’. Zo vond ik boeken en wetenschappelijke papers van hoogleraren aan de beste universiteiten van de wereld, hieronder vielen onder andere Princeton, Oxford, UCLA en andere hoogaanstaande universiteiten. Prof. Dr. Heath Lowry, Prof. Dr. Norman İtzkowitz, Prof. Dr. Norman Stone, Prof. Dr. Justin McCarthy, Prof. Dr. Bernard Lewis, Prof. Dr. Stanford Shaw werden gezien als de beste historici op het gebied van Turkije en/of het Osmaanse Rijk. Hoe kon het dan dat er in Nederland en West-Europa toch een consensus heerst dat de term ‘genocide’ wel correct is?

Hoe kwam je aan de informatie voor je stukken?
Na 2005 maakte ik de overstap naar de Universiteit Utrecht en kwam ik in contact met de minoropleiding Turkologie. De docenten aldaar waren van mening dat veel meningen over Turkije voortkwamen uit anti-Turkse sentimenten daterend uit de Middeleeuwen. Hieruit kwam ik tot de conclusie dat de huidige meningen over Turkije toch nog gebaseerd zijn op die Middeleeuwse opvattingen dat “de Turk (lees ook wel: moslim, oosterling etc.) de gesel des Gods” is. Via deze thesis kwam ik op boeken van Oriëntalisten, Turkologen, historici met een specialiteit in Turkije en merkte ik de discussie in de literatuur. Deze discussie wordt echter genegeerd door de media, slechts één kant van het verhaal wordt gebracht als de absolute waarheid. Omdat ik het geluk had om ook Turks te kunnen bestuderen, ik heb een jaar lang Turkologie gevolgd op de Universiteit Utrecht, was ik in staat om ook Turkse boeken te lezen. Deze informatie bleek van uiterst belang daar de bronnen in het Oud-Turks geschreven staan. Zodoende kan genocide-deskundige Dr. Ton Zwaan van de Universiteit van Amsterdam zich wel hard maken voor de erkenning van de term ‘genocide’, maar is hij niet in staat om Turks en/of Oud-Turks te lezen. De boeken van Prof. Dr. Heath Lowry, Prof. Dr. Norman İtzkowitz, Prof. Dr. Norman Stone, Prof. Dr. Justin McCarthy, Prof. Dr. Bernard Lewis, Prof. Dr. Stanford Shaw, Prof. Dr. Guenter Lewy bleken ook erg moeilijk vindbaar te zijn in Nederland. Zelfs prominente boekwinkels zoals bol.com hadden hun boeken niet of slechts incidenteel op voorraad. Met de opkomst van internet was het echter mogelijk om deze boeken via amazone.com of Turkije te bestellen. Het zorgde voor een schok, daar de beschikbare literatuur in Nederland eenzijdig en subjectief bleek. Veel boeken die in Nederland breed beschikbaar zijn, kunnen simpelweg bestempeld worden als anti-Turks of zeer kritisch ten opzichte van Turkije zonder de context in beraad te nemen.

Wat onderscheidt jou van anderen die ook over dit onderwerp schrijven?
Mijn belangrijkste onderscheid is dat ik niet ingenomen ben door de eerdergenoemde anti-Turkse sentimenten die bestaan sinds de Middeleeuwen. Vooral Dr. Hans Theunissen van de Universiteit Utrecht heeft daar het zijne over geschreven. Omdat ik beide talen spreek (respectievelijk Turks en Nederlands) kan ik me begaan in beide gemeenschappen en begrijp ik zodoende beide culturen. Het nuchtere Nederlandse gehalte wordt soms teniet gedaan door eeuwenoude sentimenten die er ingebakken zijn door kerkelijke leiders uit de Middeleeuwen. Andersom begrenst het Turkse vaderlandsgetrouwe soms de capaciteit van het out-of-the-box-thinking om zo de situatie vanuit een ander perspectief te bekijken. Ik ben in staat om beide gedachtegangen te kunnen volgen, maar op een veilige afstand. Sommige Nederlandse wetenschappers staan toch, bewust of onbewust, onder meer invloed van de eeuwenoude anti-Turkse sentimenten dan ze aanvankelijk denken. Dit belemmert hun manier van denken, onderzoeken en schrijven. Andersom begrenst het Turkse vaderlandsgetrouwe enige vorm van kritisch nadenken of empathie.

Welke informatie was moeilijk te vinden voor jou? Hoe heb je die informatie toch gevonden?
In Nederland heerst er geen censuur, toch is het moeilijk om informatie te vinden over sommige onderwerpen. Turkije en Turkije-gerelateerde onderwerpen zijn daar slechts enkele voorbeelden van. Veelal is er in Nederland een soort emotionele censuur. Mensen willen alleen lezen over historische onderwerpen waar Nederland direct mee te maken heeft gehad, dat wil zeggen de Tweede Wereldoorlog of de Jodenvervolging. Onderwerpen zoals Turkije, Eerste Wereldoorlog en de Armeense kwestie interesseert het algemene publiek niet, maar worden bekeken vanuit een ‘voogd-perspectief’. Hiermee tracht de gemiddelde Nederlander te oordelen over situaties vanuit een hoger positie. Zo wordt in de Armeense kwestie Turkije gezien als een puber dat nog opgevoed dient te worden, precies zoals Nederland haar koloniale verleden in Indonesië etc. verantwoordde. De Indonesiërs waren tenslotte barbaren die ‘opgevoed’ dienden te worden door de geciviliseerde Nederlanders. Nu wordt hetzelfde plaatje getekend voor Turkije, volgens Dr. Edward Said is dit een typisch voorbeeld van ‘hooggeplaatste arrogantie’ wat ertoe leidde dat Oriëntalisme en Occidentalisme werkelijkheid zijn geworden. Omdat ik hiervan op de hoogte ben, kan ik die informatie toch vinden en beoordelen op de objectieve waarde ervan. De informatie die ik in Nederland niet kan vinden, is tegenwoordig met het internet makkelijk te traceren vanuit Amerika en/of Turkije. Frequente tripjes naar de Osmaanse en/of Turkse archieven dienen hetzelfde doel.

Heb je er uiteindelijk spijt van gekregen dat je over dit onderwerp hebt geschreven en gepubliceerd?
Ik heb geen spijt dat ik over dit onderwerp heb geschreven, noch dat ik erover gepubliceerd heb. Wel ben ik zwaar teleurgesteld in zowel de Nederlandse als de Turkse media. In de Nederlandse media word je al snel geportretteerd als een ‘boeman’ als je niet spreekt van ‘genocide’. Andersom gebruikt de Turkse media de teksten voor populistische verkooptrucjes waar niemand wat aan heeft, behalve de kranteneigenaren. Het is erg jammer om te zien dat een land zoals Nederland, waar liberalisme hoog in het vaandel staat, niet in staat is om zich open te stellen voor een wetenschappelijke constatering die gedeeld wordt door het merendeel van de Turkologen en historici met een Turkije-specialiteit. Hiermee lijkt het wel alsof Nederland zich afsluit voor de werkelijk en zich tevreden stelt door te leven in een ei. Daarmee pretenderend dat haar waarheid (respectievelijk de Nederlandse consensus dat het een ‘genocide’ was) de enige realiteit is, dit terwijl de drie grootste internationale organisaties (te weten VN, EU, OSCE) de term ‘genocide’ niet erkennen voor de relocaties van 1915.

Hoe zou je de Armeense kwestie tot slot willen samenvatten?
Over de Armeense kwestie gaat het eigenlijk niet om de doden, maar om de intentie. Bij een genocide moet een overheid de bedoeling hebben om een volk uit te roeien, veelal om racistische redenen. De Holocaust is een goed en tegelijk verschrikkelijk voorbeeld hiervan. Bij de Armeense kwestie is het een heel ander verhaal, omdat ten tijde van de Eerste Wereldoorlog de Armeniërs in opstand kwamen om de oprukkende Russen te steunen in hun strijd tegen de Osmaanse Turken. Toen de Russen zich na hun communistische revolutie terugtrokken uit Oost-Anatolië, lieten ze de Armeniërs achter aan hun lot. De vele Turken (en Koerden) die het slachtoffer waren van de Russisch-Armeense troepen, volgens Prof. Dr. Justin McCarthy 500.000-600.000 Osmaanse doden [in huidige termen Turken en Koerden] in de periode 1910-1922, werden vervolgens gewraakt door hun stamgenoten/familieleden. De overheid had er niks mee te maken, die besloot tot het reloceren van de Armeniërs om zo verdere etnische onrust te voorkomen. De relocatie van de Armeniërs naar Syrië en Libanon (toen nog deel van het Osmaans-Turkse Rijk) is ook goed gedocumenteerd. Er zijn ongeveer 900.000 Armeniërs gereloceerd, waarvan het overgrote deel is aangekomen in Syrië en Libanon. Het feit dat Libanon voor 20% uit Armeniërs bestaat is dan ook een goed voorbeeld ervan. Ook in Turkije wonen er nog bijna 1 miljoen Armeniërs, deze zijn alleen voor een deel ‘geturkificeerd’. Of dit nu assimilatie is door sociale druk kan ik nog een discussieerbaar onderwerp vinden, maar dat er gelijk van ‘genocide’ wordt gesproken vind ik geheel onterecht. Laten we niet vergeten dat ‘genocide’ niet simpel ’etnische zuivering door relocatie’ betekent, maar een internationaal juridische term is wat het zwaarste misdrijf is wat een land kan begaan. Duitsland betaalt de nabestaanden van de Joodse Genocide nog steeds schadevergoeding (geheel terecht natuurlijk), maar in het geval van de Armeniërs is het dus geheel anders. De Joden hebben bijvoorbeeld nooit een massale opstand gehad om de Geallieerden te steunen in hun strijd tegen de Duitsers, noch zijn er een half miljoen Duitsers omgekomen door toedoen van Joodse strijders. Juist hierdoor noemen de meeste serieuze historici het liever een ‘burgeroorlog’ of ‘nasleep van de wereldoorlog’ en geen ‘genocide’. Genocide is te vergelijken met de term ‘moord’, terwijl het hier op zijn hoogst kan gaan door ‘dood door nalatigheid’ omdat de Armeniërs (en Turken en Koerden) in hun interne strijd tegen elkaar niet genoeg beschermd werden. Het Osmaans-Turkse Rijk was verwikkeld in de Eerste Wereldoorlog en kon zo haar onderdanen niet genoeg beschermen/onder controle houden. Dat is natuurlijk flinke nalatigheid, maar geen moord/genocide. Dat is niet alleen mijn mening, de Verenigde Naties erkent de Armeense kwestie ook niet als ‘genocide’ in haar Genocide Conventie van 1948. Ook de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa, na de VN de grootste internationale organisatie ter wereld, erkent het niet als ‘genocide’.



Armand Sağ

18 juni 2010

© Armand Sağ 2010

 

Copyright ElaDesign (disclaimer)