|
Stellingen behorend bij het masterexamen/doctoraal van Armand Sag - [download hier als pdf-bestand]
De stellingen zijn opgemaakt aan de hand van de masterscriptie ‘De opkomende internationale betrekkingen tussen Nederland en Turkije’ over de internationale betrekkingen tussen de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden en het Osmaanse Rijk, geschreven door Armand Sag in 2009 aan de Universiteit Utrecht voor zijn doctoraal aan de vakgroep Geschiedenis; masteropleiding Internationale Betrekkingen (GIB).
- Het Osmaanse Rijk was met de permanente aanstelling van Cornelis Haga als ambassadeur in 1612, één van de eerste landen (zoniet het eerste land) dat de onafhankelijkheid van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden officieel erkende.
- Het Osmaanse Rijk speelde een grote rol bij de onafhankelijkheid van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden door militair, financieel, economisch en diplomatieke steun te verschaffen aan de Nederlanders.
- De leus ‘Liever Turks dan paaps’ staat symbool voor de Nederlandse sympathie voor de Turkse Osmanen die ontstond door de tolerantie die binnen het Osmaanse Rijk heerste jegens andersgelovigen, zoals protestanten en joden.
- De Nederlands-Turkse betrekkingen uit de zeventiende en achttiende eeuw krijgen te weinig aandacht in het Nederlandse onderwijssysteem. Het lijkt wel alsof men het niet wil weten.
- Met Abraham Kuyper, maar ook daarvoor, is er geprobeerd het beeld van de Osmaanse Turken te verstoren door ze te portretteren als “bloeddorstige vernielers en bedreigers van de christelijke cultuur”. Dit proces is succesvol gebleken, zo blijkt uit het heden.
(Abraham Kuyper, Om de Oude Wereldzee, Amsterdam 1907 & René Bakker, Luc Vervloet, Antoon Gailly, Geschiedenis van Turkije, Amsterdam 1997, p. 71)
- De Nederlandse koningin Wilhelmina was in 1923 één van de eerste vorsten die de betrekkingen met de Republiek Turkije liet doorgaan en zelfs president Atatürk een persoonlijke felicitatie stuurde voor zijn successen in de Turkse Onafhankelijkheidsoorlog (1919-1923).
- De verstoring van de huidige internationale betrekkingen tussen Turkije en Nederland heeft alles te maken met de houding van Nederland en het rechtse, anti-Turkse klimaat dat er heerst.
(Stelling nr. 3, 4, 6, 7 en 8 promotie René Bakker, Leiden 2007; https://openaccess.leidenuniv.nl/bitstream/1887/12600/4/Stellingen.pdf)
- De Nederlandse weigering om de PKK (Partiya Karkeren Kurdistan) als terreurorganisatie te erkennen, ondanks overweldigend bewijs dat het (Nederlandse) burgers vermoordt, afperst en chanteert, moet gezien worden als ‘een stok achter de deur’ tegen Turkije.
- Met het erkennen van Zuid-Cyprus, maar tegelijkertijd ontkennen van Noord-Cyprus, lijkt Nederland, beïnvloed door anti-Turkse sentimenten, definitief partij te hebben gekozen tegen Turkije.
- Het gebruik van de Armeense kwestie als propagandamiddel tegen Turkse toetreding tot de Europese Unie, terwijl er voldoende bewijs is dat er van ‘genocide’ geen sprake was, kan afgedaan worden als Nederlands hypocrisie en subjectiviteit.
- Het gebruik van bewezen subjectieve bronnen, zoals Toynbee en Lepsius, door Ton Zwaan geeft aan dat er momenteel nog steeds mensen zijn die koste wat het kost Turkije in een negatief daglicht proberen te stellen.
(Stelling nr. 2 promotie Ton Zwaan, Amsterdam 2000; http://dare.uva.nl/document/58379)
Armand Sağ
10 augustus 2009
© Armand Sağ 2009
|